
Koningshof
Het Koningshof omvat het gebied tussen de Raam, de Verloren Kost, de Vest en de Vlamingstraat. Een zeer hybride omgeving met aan de Vlamingstraat een fijne korrel in de vorm van smalle, diepe bebouwing. Aan de Raam vinden we een mengeling van oudere en nieuwere panden van twee tot vier bouwlagen. Langsheen de Turfsingel zijn vooral de twee forse bouwblokken met respectievelijk drie en vier bouwlagen prominent aanwezig.
Op de locatie bevinden zich een aantal monumenten: enerzijds de Plateelfabriek, de Slangentoren, en de Kleischuur – onderdeel van het industrieel patrimonium – en anderzijds de Speelwinkel en de gevels van de woningen 36/38 en 40 aan de Raam.
De Kandeelsteeg en Messenmakersteeg blijven in de planopzet behouden, de oude tracés van de zijlen worden zoveel mogelijk terug opgenomen. Alhoewel het gebied hierdoor doorwaadbaar blijft, vormen de schaal van de stegen en de verhoogde pleinen tegelijkertijd een natuurlijke drempel. Ze zorgen voor een openbare ruimte met een eigen karakter.
De oude tracés van stegen en zijlen zijn tevens een houvast voor het vastleggen van de bouwblokgrootte. De bestaande stegenstructuur geeft langsheen de Raam vorm aan 4 bouwblokken van een zelfde orde. Binnen deze bouwblokken werd een korrelgrootte van de percelen vastgelegd: beukmaat 4m80.
Aan de zijde van de Singel wordt een ander stedenbouwkundig model geïntroduceerd. Hier bevinden zich de robuuste blokken, schatplichtig aan de solitaire gebouwen met industrieel karakter. Door de openheid aan de waterzijde wordt deze schaal verdragen. Tevens is de bebouwing aan de overzijde van de Turfsingel van een grotere korrel.
Aan de randen wordt deze schaal genuanceerd naar de omgeving. Filters - in de vorm van fijnkorrelige bebouwing - zorgen voor een graduele zone ten opzichte van de bestaande bebouwing. Deze dubbelslag van forse, grotere entiteiten in het hart van het plan en de filterzone aan de randen levert de karakteristieke condities, met toch de mogelijkheid van specifieke aanhechting in de randen.
De openbare ruimte – straten en stegen, pleinen en pleintjes – wordt gevormd door de onderlinge schikking en compositie van de verschillende bouwblokken. De intentie is het project niet alleen in zichzelf organisatorisch, vormelijk en ruimtelijk precies op te lossen, maar tevens de nieuwe ruimte die ontstaat tussen de bestaande bebouwing en het nieuw te bouwen precies vorm te geven.
Het hele gebied is in principe autovrij, maar uiteraard wel bereikbaar voor brandweer, de occasionele verhuiswagen en vuilophaling. Alle parkeerplaatsen situeren zich aan de randen van het gebied, langsheen deze bestaande routing. Zodoende worden de insteekroutes zo kort mogelijk gehouden en verkeer over het gebied vermeden. De inpandige parkeerplaatsen vormen integraal deel van een bouwblok, ze worden als het ware omsloten door een gordel van woningen.
Architecturaal is getracht om de woningen en gebouwen met een zuivere, algemene, gewone, eenvoudige taal uit te werken in een duurzame en blijvende vormgeving. Er is gestreefd naar een project waarvan je merkt dat er zeker zoveel zorg werd besteed aan wat er kon worden weggelaten als aan wat er werd gerealiseerd. De eenvoud, de repetitie van zowel materialen, detaillering van elementen als de elementen zelf zijn erop gericht stille, sterke vormen te realiseren.